Te veel schermen: hoe ver gaan we nog?

1mnd geleden

Schermen nemen het stuur over in onze auto’s. Van luxueuze SUV’s tot compacte stadswagens: interieurs veranderen steeds meer in rijdende tablets. Maar is dat echt nodig, of gewoon een modeverschijnsel?

Kijk naar de nieuwe elektrische Porsche Cayenne: een gebogen OLED-scherm, een centraal scherm van 14,25 inch, een head-up display met augmented reality… en zelfs een passagiersscherm van 14,9 inch. Voeg daar een spraakgestuurde AI, digitale sleutels en “ambiance”-modi aan toe die verlichting, airco en zetels regelen. Indrukwekkend — maar is het nog nuttig, of gewoon een pixelshow om te imponeren?
Aan de andere kant kiest Dacia met zijn toekomstige Hipster 2027 voor het tegenovergestelde: geen enkel scherm. Alleen de smartphone van de bestuurder verbindt zich met de auto. Minimalistisch, functioneel en verfrissend: een herinnering dat een interieur ook praktisch kan zijn zonder een overdaad aan schermen.

Innovatie of technologische overdaad?

Schermen zijn overal: van instapmodellen tot luxewagens. Ze brengen comfort en personalisatie, maar maken interieurs ook uniform en karakterloos. Zoals digitale horloges in de jaren zeventig: wat vandaag futuristisch lijkt, kan morgen alweer verouderd zijn. Sommige merken blijven daarom trouw aan fysieke knoppen, omwille van gebruiksgemak en tijdloos design. Moeten we blindelings de hightechtrend volgen, of terugkeren naar eenvoud — zoals Dacia met zijn Hipster voorstelt? Het debat blijft open.

Het laatste autonieuws

Vidéo


Gelieve marketing cookies te aanvaarden om video's te bekijken

Open voorkeuren

Aanmelden nieuwsbrief

Vergeet je niet in te schrijven op de nieuwsbrief

Ik schrijf me in