Einde van de verbrandingsmotor in 2035: we zijn er nog lang niet
De beslissing van Brussel om de verkoop van auto's met verbrandingsmotoren of hybrides vanaf 2035 te verbieden ten gunste van uitsluitend elektrische wagens, leek aanvankelijk een keerpunt voor de Europese auto-industrie. De meeste constructeurs zoals Renault, Volkswagen, Ford, Stellantis en Audi investeerden meteen volop in elektrische modellen. Maar ondanks die sterke start tonen de marktcijfers aan dat het doel voor 2035 nog ver buiten bereik ligt.
Teleurstellende verkoop van elektrische auto’s in Europa
De cijfers spreken voor zich: in de eerste helft van 2025 bestond slechts 15,6% van de nieuwe wagens die in de EU werden verkocht uit volledig elektrische modellen. Verbrandingsmotoren (benzine en diesel) waren nog goed voor bijna 38%, terwijl hybrides – in alle varianten – 43% van de markt voor hun rekening namen. Europese consumenten aarzelen dus duidelijk om volledig elektrisch te gaan, en verkiezen voorlopig nog hybrides.
Hybrides toch toelaten na 2035?
Hoewel benzine- en dieselwagens terrein verliezen, winnen hybrides nog steeds fors aan populariteit: een stijging van 37,8% marktaandeel in het eerste semester. De fabrikanten die het meest inzetten op elektrificatie – zoals Audi, Land Rover, Ford en Mercedes-Benz – zien zich dan ook genoodzaakt hun strategie aan te passen. Ze trekken hun ambitie om volledig elektrisch te worden tegen 2030 opnieuw in en investeren opnieuw in verbrandingstechnologie. Ze roepen Brussel nu op om hybridewagens ook na 2035 toe te laten. In de huidige context lijkt de deadline van 2035 dus eerder een ideaal dan een realistisch doel.